Mat 6: 1 - 15

Schijnheilig gedoe
In Mat 6 is een aantal uitspraken van Jezus bij elkaar verzameld rond het thema schijnheilig gedrag. In 6:1 volgt eerst de algemene regel.

Mat 6: 1 (niet bij Mc of Luc)
Let op dat jullie je gerechtigheid niet tentoonspreiden om door de mensen gezien te worden. Dan beloont jullie Vader in de hemel je niet. (NBV21).
Gerechtigheid (Gr dikaiosunè) is hier het verrichten van goede daden. Jezus noemt in het vervolg drie voorbeelden:

  • het geven van aalmoezen aan een bedelaar (2 – 4)
  • bidden (5 – 6)
  • vasten (16 – 18)

In het OT worden vooral bidden en vasten genoemd (bv Ps 35: 13). De ondersteuning van wees en weduwe en de vreemdeling die in uw stede is, is eveneens een belangrijke plicht: Deut 10: 18v

Jezus moet in zijn tijd bedenkelijk gedrag van Farizeeën op het oog hebben gehad. Maar als Mat zijn evangelie schrijft, is het niet meer om Farizeeën de les te lezen, maar zijn er in de christelijke gemeente gelovigen die zich hypocriet gedragen.
Hij bespreekt ze alle drie op een en dezelfde manier. Telkens komen dezelfde woorden en zinnetjes terug1. Zo is het punt niet te missen. Het zijn teksten die een achtergrond in de catechese van de geloofsleerlingen zouden kunnen hebben.

De achterliggende vraag is voor wie doe je deze goede daden? Is het echt belangeloos, puur gericht op de ander (bedelaar) of de Ander (bidden, vasten)? Of is het om je eigen ego te strelen door bewondering van mensen te oogsten? Een goed werk is alleen een echt goed werk als het zonder bijbedoelingen wordt verricht. Maar als het gebeurt om goede sier bij de mensen te maken, dan is het niet zuiver meer. Dan zal ‘jullie Vader in de hemelen’ je niet belonen. Waarom niet? Het antwoord luidt alle drie keer ‘zij hebben hun loon (Gr misthon) al ontvangen’. Nl in de vorm van waardering van mensen.

Doe het goede dus in het verborgene (Gr kryptos) dwz zo onopvallend mogelijk. ‘En jullie Vader, die in het verborgene ziet, zal je ervoor belonen.’ Met deze zin sluit Jezus de drie voorbeelden (vers 4, 6 en 18) telkens af. Het Griekse woord apodoosei = belonen, vergoeden, vergelden. Dus

intentie huichelachtig, schijnheilig oprecht, rechtvaardig
waar in het openbaar in het verborgene
voor wie voor mensen voor God
beloning eer van mensen staat er niet bij, maar Jezus zal bedoelen:
deel krijgen aan het Koninkrijk der hemelen


Goede dingen doen mhoo beloning is moreel gesproken niet zuiver. Je moet het goede doen gewoon omdat het goed is en je naaste helpen omdat het nodig is; niet om de beloning (aanzien, eer, lintjes, medailles enz ) van mensen te krijgen. Als je het goede doen laat afhangen van beloning doe je het al gauw niet meer, nl als er geen beloning is, of de beloning in jouw ogen niets voorstelt.
Voor het geloof zijn God en het goede twee woorden voor zo goed als hetzelfde. Het zijn bijna synoniemen, maar er is een belangrijk verschil. het goede, goedheid is een ethisch principe, God is een persoonachtige Geest, Schepper van hemel en aarde, een Vader in de hemelen. Een principe kan niet belonen. Een Vader wil belonen. Als kind van een hemelse Vader verwacht de gelovige dat ergens ook. Jezus bestrijdt dat op geen enkele manier.
Wie gelooft mag weten dat
wat je onopvallend doet, wel opgemerkt wordt. God ziet je aalmoes, je gebed, je vasten en alle andere goede dingen. Hij merkt het op hoe jij in alle oprechtheid probeert de band met Hem te onderhouden en hoe je probeert uit je geloof te leven door om te zien naar mensen in nood. Dat is belangrijk voor Hem. Daar draait het om in het Koninkrijk dat Hij zich wenst en dat Hij eens zal vestigen. Dan zul je ook je beloning ontvangen. De Zoon des Mensen zal dan zeggen tot de schapen aan de rechterkant “Jullie zijn door mijn Vader gezegend, kom en neem deel aan het koninkrijk dat al sinds de grondvesting van de wereld voor jullie bestemd is "(Mat 25: 34).2


Mat 6: 2 – 4 (niet bij Mc of Luc)
Dus wanneer je iemand iets geeft uit barmhartigheid, bazuin dat dan niet rond, zoals de huichelaars doen in de synagoge en op straat om door de mensen geprezen te worden. Ik verzeker jullie: zij hebben hun loon al ontvangen. Als je iets uit barmhartigheid geeft, laat dan je linkerhand niet weten wat je rechterhand doet. Zo blijft je gift in het verborgene, en jullie Vader, die in het verborgene ziet, zal je ervoor belonen. (NBV21)

Iemand iets geven uit barmhartigheid is de vertaling van ‘een aalmoes geven’ aan een bedelaar: iemand die door ziekte, ouderdom of gebrek niet meer de kost kon verdienen. Omzien naar de kwetsbare groepen is een goddelijk gebod. In een tijd zonder sociale voorzieningen was het extra belangrijk om hulpbehoevende mensen met geld of op een andere manier te ondersteunen.

Jezus keurt het af als de gever zo’n daad van barmhartigheid op straat en zelfs in de synagoge bekend laat maken (Gr. salpizo = trompetteren). Laat het niet weten aan je sociale (straat) en religieuze (synagoge) omgeving. Ook al is het sociaal noodzakelijk en godsdienstig plicht, doe het niet om lof en eer van mensen te ontvangen. Bv dat je vooraan mag zitten in de synagoge, vgl Joh 5: 44. Dan ben je een huichelaar, een schijnheilige of hypocriet 3 dat bij Mat een scheldwoord is te vergelijken met goddeloos zijn, en het tegenovergestelde van rechtvaardig zijn (Mat 23).

Jezus vindt dat het in het verborgene moet gebeuren. Alleen dan is het een zuivere daad van omzien naar de ander, die sociaal en religieus van groot belang is.
Om het onopvallende duidelijk te maken zegt Jezus dat zelfs je linkerhand niet moet weten wat je rechterhand – waarmee je de goede daad van het geven verricht – doet.

Mat 6: 5 – 6 (niet bij Mc of Luc)
En wanneer jullie bidden, doe dan niet als de huichelaars die graag in de synagoge en op elke straathoek staan te bidden, zodat iedereen hen ziet. Ik verzeker jullie: zij hebben hun loon al ontvangen. Maar als jullie bidden, trek je dan terug in je huis, sluit de deur en bid tot je Vader, die in het verborgene is. En jullie Vader, die in het verborgene ziet, zal je ervoor belonen. (NBV21)

Mbt bidden is er ook huichelachtig gedrag mogelijk, nl door het zo te doen dat het opvalt bij mensen. Opnieuw als in vers twee de synagoge en de straat. Nu zelfs de hoeken van de straat, waar twee wegen elkaar kruisen en nog meer mensen passeren.
Hoe het wel moet: bid in huis en doe de deur op slot, zodat je tijdens je bidden zelfs niet toevallig door bezoekende familie of vrienden wordt gezien.

Bij dit tweede voorbeeld, over bidden heeft Mat meer gebedsonderwijs van Jezus verzameld:

  • niet met omhaal van woorden bidden (7 - 8): zie hieronder na Mat 6: 16 - 18
  • het onze Vader (9 - 13) dat we hier bespreken - (vgl Luc 11: 2 – 4)
  • over vergeven, dat we hier bespreken.
Mat 6: 16 – 18 (niet bij Mc of Luc)
Wanneer jullie vasten, doe dan niet als de huichelaars met hun sombere gezichten, want zij vertrekken hun gezicht om iedereen te laten zien dat ze aan het vasten zijn. Ik verzeker jullie: zij hebben hun loon al ontvangen. 17 Maar als jullie vasten, was dan je gezicht en wrijf je hoofd in met olie, 18 zodat niemand ziet dat je aan het vasten bent, alleen je Vader, die in het verborgene is. En jullie Vader, die in het verborgene ziet, zal je ervoor belonen. (NBV21)

Vasten oftewel jezelf een tijdlang onthouden van voedsel is een religieuze gewoonte bij rouw, boetedoening of gebed. Meestal op vrijwillige basis, maar op Grote Verzoendag verplicht (Lev 16: 29). Ook van vasten geldt, dat je het niet moet doen om op te vallen bij mensen, bv door een somber gezicht te trekken.
Je moet juist aan niets laten merken dat je vast: was je gezicht en wrijf je hoofd in met olie, zodat je er goed uitziet, alsof je naar een feest gaat.


Mat 6: 7v (niet bij Mc of Luc)
Bij het bidden moeten jullie niet eindeloos voortprevelen zoals de heidenen, die denken dat ze door hun overvloed aan woorden verhoord zullen worden. 8 Doe hen niet na! Jullie Vader weet immers wat jullie nodig hebben, nog vóór jullie het Hem vragen. (NBV21)
Wie met veel woorden bidt, gaat er vanuit dat God je problemen niet kent, of dat Hij alleen na lang aandringen je gebed wil verhoren. Dat is niet het Godsbeeld dat Jezus heeft en ons leert. God is als een Vader. Kenmerkend voor een vader (en moeder) is dat hij wel weet wat zijn kind bezig houdt. Hij ziet of merkt dat wel aan zijn gezichtsuitdrukking en gedrag. Zo is het ook met onze Vader in de hemelen. Hij kan wel raden wat er in ons omgaat. Wanneer je gaat bidden en je je eerst deze dingen te binnen brengt, dan voel je je al rustig worden en hoef je maar weinig meer te zeggen.


Gespreksvragen
* Geven in het verborgene: past dat bij geven met belastingvoordeel?
* En bij geven met kans op een prijs (loterij)?
* Onopvallend bidden: Wat vind je van bidden in een restaurant? 
* Als je bidt, hoe voorkom je dat je gestoord wordt? Heb je dan je telefoon aan of uit staan?
* Vasten:
Je gezicht wassen en je hoofd met olie inwrijven: is dat niet een vorm van hypocrisie: je anders voordoen dan je bent?
* Waarom zou je wel of niet vasten?




-----
1 Een verschilletje is wel aan te wijzen: bij aalmoezen gaat het om jij (enkelvoud), bij bidden en vasten om jullie (meervoud). Voor de interpretatie heeft dat geen gevolgen.
2 Daar tegenover de bokken aan de linkerkant (de hypocrieten): “Jullie zijn vervloekt, verdwijn uit mijn ogen naar het eeuwige vuur dat bestemd is voor de duivel en zijn engelen. (Mat 25: 41b)
3 Gr hypokritès heeft met toneelspel heeft te maken: je anders voor doen dan je bent.

terug

Afkortingen

Bijbelboeken > Register kolom 2
adhv = aan de hand van
Afb = Afbeelding
BGT = Bijbel in Gewone Taal
BHS = Biblia Hebraica Stuttgartensie (Hebr. OT)
CGK = Christelijk Gereformeerde Kerk
DL = Dordtse Leerregels
GNT = Griekse Nieuwe Testament (Nestle-Aland)
Gr = Grieks
HCat = Heidelbergse Catechismus
Hebr = Hebreeuws
HTB = Het Boek
HSV = Herziene  Staten Vertaling
Lat = Latijn
LXX = Septuaginta (Griekse Vertaling vh OT; 250 - 50 vC)
LV14 = Leidse Vertaling 1914
M = Meditatie (bv 1 Kor 13 M = Meditatie over 1 Kor 13)
NA - Nestle-Aland, 27-ste druk (Grieks NT)
NB = Naardense Bijbel (P. Oussoren, 2004)
NBG = Nederlands Bijbel Genootschap
NBG51 = Bijbelvertaling van het NBG (1951)
NBV21 = Nieuwe Bijbel Vertaling van het NBG (2021)
nC = na Christus
NGB = Nederlandse GeloofsBelijdenis
NT = Nieuwe of tweede Testament
OT = Oude of eerste Testament
PKN = Protestantse Kerk Nederland
Pr = Preek (Ps 84 Pr = Preek over Psalm 84)
RKK = Rooms Katholieke Kerk
SV = Staten Vertaling
TeNaCh = Torah+Nebiïm+Chetoebim
v = volgende vers (bv Ps 1: 1v betekent Ps 1: 1 - 2)
vv = volgende  verzen (bv Ps 1: 1vv betekent Ps 1: 1 - 3)
vC =  voor Christus